Hoe goed wil je ze hebben, je gesprekken? Goed als in geen vuiltje aan de lucht, alles kits, kijk ons eens, niks aan de hand? Of goed in de zin van daar heb ik wat aan, dat geeft vertrouwen, dat zet me op een idee, dat biedt uitzicht? Goed is maar wat jij goed noemt.
Rond veel zakelijke gesprekken hangt mist. Een sluier van optimisme en geloof in de toekomst, die hoort bij ondernemen, uitdagingen aangaan en kansen pakken. Vandaag is geschiedenis en morgen een nieuwe dag. Treuren en bij de pakken neerzitten is niks voor ondernemers en over pijn praten we al helemaal niet. “Jij nog koffie?” “Nee ik moet weer eens verder.” “Leuk je gesproken te hebben.” “Tot de volgende keer dan maar weer”.
En dan heb je nog de minder makkelijke gesprekken. Die waarin we geen mooi weer spelen en laten zien wat ons bezighoudt, dwars zit, dat waar we wakker van liggen. Gesprekken die er niet omheen draaien, waarin we onszelf bloot geven, laten zien waarover we twijfelen. Het zijn vaak díe gesprekken waarin iets bijzonders gebeurt, die verder gaan en waarvan je wat wijzer wordt. Omdat de ander zich uitgenodigd voelt, serieus genomen, betrokken. Gesprekken die je niet zo vaak hebt. Te weinig misschien.
Vraag je telkens af waar je op uit bent. Een leuk gesprek of een goed gesprek?