Het is een goed voornemen; meer over je gevoel praten, maar er zit wel een addertje onder het gras. Ons praten heeft namelijk weinig te maken met ons gevoel en gaat veel meer over ons denken. Dus dat loopt een beetje stroef. Als we onszelf dwingen om te zeggen wat we voelen, dan komen er meestal woorden die beschrijven wat we denken. (Ja die zin mag je teruglezen.)
Ik voel, jij voelt, hij en zij voelen, we voelen allemaal. Maar wát we voelen is heel direct en komt het best over als we niet die denk-tussenstap maken. Niet vertalen en niet interpreteren. Dus niet: ik voel dat jij hier geen zin in hebt, ik voel dat er iets is tussen jullie, ik voel dat hier kansen zijn, ik voel dat het de verkeerde kant op gaat of ik voel dat we in tijdnood gaan komen. Want dat is niet voelen, dat is allemaal denken. Nee, in plaats daarvan: ik ben teleurgesteld, bang, blij, boos, verdrietig. Of: dit maakt me onzeker, gelukkig, moe. Enzovoort.
Zeggen wat je voelt gaat vaak beter zonder gebruik van het v-woord.