Dit is een verhaal met een luchtje. Kijk eens goed naar wat een hond doet, als hij een vreemde ruimte binnenkomt. Hij loopt direct naar de hoeken van de kamer, alle paadjes tussen het meubilair door. Hij snuffelt even aan alles en zou het liefst in elke hoek een plasje doen. (Dat hebben we hem afgeleerd. Een geurvlag zetten mag hij alleen nog buiten.) Daarna is het goed.
Topsporters doen hetzelfde. Lang voor het publiek op de tribunes zit maken ze een wandelingetje over het veld of door de zaal. Ze verkennen het speelveld vanuit alle verschillende gezichtshoeken. Ze ademen diep in en uit en laten de ruimte op zich inwerken. “Even in alle hoeken piesen”, hoorde ik een international ooit zeggen. “Dan voelt het alsof je thuis speelt.”
Doe hetzelfde eens vooraf aan een belangrijke presentatie of bespreking. Zorg dat je als eerste in de ruimte bent, maak er een ommetje (hoe klein ook), kijk naar het licht, luister naar de geluiden en snuif de geur op.
Zorg dat het aanvoelt als bekend terrein, voordat begint wat er moet gebeuren. De ruimte wíl echt voor je werken, maar dan moet je wel eerst op een hartelijke manier kennismaken.
Verschiltip 31: als hondjes doen
