Iedereen kent zo’n kruispunt. Onoverzichtelijk en rommelig, maar er gebeuren geen ongelukken. Totdat men er verkeerslichten plaatst. Vanaf die dag is het wekelijks raak. Ik ken ook zo’n kruispunt en daar heeft men die lichten maar weer verwijderd. Einde ellende. Totdat gemeentewerken het nog eens opnieuw probeerde. Weer bakken met blikschade. Sindsdien hebben ze het opgegeven. Er staan al twintig jaar geen lichten meer en er gebeurt nooit iets.
Van veel regels wordt het er niet beter op. Van de beste regels hooguit iets minder slecht. En ook wanneer iedereen zich aan de regels houdt, kan het gruwelijk mis gaan. In het verkeer, in de zorg en in bedrijven net zo goed. Het verschil tussen leven en dood wordt al te vaak gemaakt door mensen die juist niét de regels volgen. Die meer afstand houden dan verplicht, die een keer vaker nog even gaan kijken dan voorgeschreven, die het lampje “veilig” niet vertrouwen. Die de regels aan hun laars lappen.
Het zijn niet de regels die de wereld mooier maken. Het zijn de mensen die weten wanneer ze te overtreden. Die niet alleen handelen vanuit voorschriften, maar in de eerste plaats vanuit hun besef van wat voldoende is en wat onvoldoende, van wat goed is en wat slecht. Vanuit hun moraal. Leiderschap is dáárop sturen.