Er is er altijd wel een die de microfoon wil overnemen. Een vragensteller die aanvoelt, dat ik hem niet de tijd ga geven die hij nodig heeft voor zijn punt. Meestal is het ook geen vraag die hij of zij wil stellen; het is een betoog, met uitwijdingen en zijpaden en “oh ja en ook nog dit… “. Maar een betoog heeft de spreker net gedaan en ik wil een debat; vragen, stellingen, argumenten. Daarom hou ik de microfoon zelf vast.
De voetbalmetafoor is te mooi om te laten liggen. Veel bijeenkomsten en forums lijden aan balletje breed. Langdurig wordt er heen en weer getikt op de eigen veilige helft; een patroon van vertrouwde en veilige herhalingen. Iedereen wacht op een splijtende pass, een gedurfde bal in de diepte, maar die komt niet. Niemand opent de score. Maar tikkie-takkievoetbal is alleen leuk dicht bij de goal van de tegenstander.
Teveel deelnemers in een debat willen “de bal langdurig aan de voet”. Maar met balbezit win je geen wedstrijden en gaat je publiek mentaal plassen. Dus gespreksleiders van Nederland; hou vast aan je microfoon. En ga in je zaal op zoek naar de man of vrouw met de onverwachte beweging, de gedurfde uitlating, de in te koppen voorzet. Lok hem of haar uit; loop desnoods zelf een stukje het speelveld in en geef de bal een woeste trap (om je daarna weer snel terug te trekken langs de lijn).
Een mooi debat is veel kappen-draaien-schieten.