Haat uit angst. Ik probeer het te begrijpen. De angst om iets te verliezen wordt haat tegen de dief, de bedreiger van het eigene.
Het is haat uit liefde. Ik snap het. Liefde voor wat waardevol is. Voor wat dierbaar is en niet ontvreemd mag worden.
Maar wat als de ander niet komt om te stelen, maar vraagt om te delen, dat eigene, dat waardevolle en dat dierbare? Moeten we dan haten of juist liefhebben?
Haat is ook liefde. Ik probeer het te begrijpen.
Wat ik nooit zal snappen is haat om de haat. Om te kwetsen, om te kleineren, om de lachers op de hand. Haat zonder liefde.