Dat weet iedereen wel; dat de winkel open moet. En iémand doet het licht wel aan. En de rolluiken omhoog. Zo is er altijd wel iemand, die de koffie zet, de kopieermachine bijvult, de verwarming hoger draait en de telefoon opneemt (meestal). Routines en rituelen leer je ze makkelijk aan. “Het moet nu eenmaal gedaan worden.” En “Er is altijd wel iemand.” Maar het verschil maak je er niet mee, met de dingen die “iemand wel doet”.
Het verschil zit in de dingen die niémand doet. In het laten opruimen van die plastic troep op de parkeerplaats. In het recht hangen van die lijst in de hal. In het leegmaken van de flipover na de vergadering. Gewone dingen, die vaak toch niet gebeuren. En soms zit het verschil in bijzondere dingen. Zoals het opmerken dat een collega er door heen zit en die aandacht geven. Of het optreden als iemand respectloos over anderen spreekt. Bijzondere dingen die niemand doet.
Het verschil wordt gemaakt door de persoon, die de dingen doet die niemand doet. De persoon die dingen ziet die niemand ziet, die niet accepteert wat anderen wel accepteren en die het wél doet of laat doen. Meestal is het de baas zelf, of iemand anders die een ondernemende inslag heeft. Mooie definitie van ondernemerschap is het: dingen doen die anderen laten liggen.