Selecteer een pagina

De trein naar Rotterdam reed niet. Dus namen wij die naar Amersfoort. En zo belandden we, in plaats van in het Depot van Boijmans van Beuningen, in Kunsthal KAdE aan het Eemplein. Van de drukte buiten rolden we zomaar de dromerige tentoonstelling Slaap! in. Als in een warm bed. Sculpturen, schilderijen, installaties en foto- en videokunst, alles gewijd aan slapen, slaapfasen, slapeloosheid en meer. Het nodigde uit tot stilte, schuifelen en fluisteren, maar bij het gezelschap achter ons was dat aan dovemansoren besteed.

Wat is dat toch met die museum-boomers die denken alles luidruchtig van commentaar te moeten voorzien? De koppels achter ons vonden het nodig om bij elk kunstwerk de beschrijving aan elkaar voor te lezen, op een toon alsof ze de overkant van een voetbalveld moesten bereiken. En: “Oh moet je daar eens kijken! Dat is ook héél bijzonder, José!” en: “Gewoon allemaal sloophout! Je moet er maar op komen, tóch?” Vroeger sprak ik zulke mensen aan, vriendelijk en duidelijk, maar daarvan werd ik meestal niet echt Zen. Vandaag besloten we tot een vlucht naar voren en dat pakte goed uit. Zij gingen gelukkig traag en de expositie werd mooier en mooier.

Ik las dat vooral kleine musea het moeilijk hebben sinds Corona. En dat de BTW verhoging het alleen nog maar lastiger gaat maken voor ze. Maar Slaap! hoort voor mij in een rijtje recente exposities (Schiedam, Apeldoorn, Hilversum) die in echt grote musea niet zouden hebben misstaan. Hup directeuren van kleine musea, hanteer desnoods zelf hamer en verfroller en maak meer mooie tentoonstellingen, Trotseer de gure wind en verbluf elkaar en ons met je ideeën. Dan gaan wij er voor zorgen dat er meer mensen komen.

Terug naar huis reed de trein niet. Same story, maar dat is een ander verhaal.